Ik veins stilte.
Slik mijn woorden
Ik verdwijn geruidsloos
Verzwijg woordenboeken
Doe alsof jouw stem me niet raakt
en jouw woorden als lucht langs me heen gaan.
Alsof.
Ik veins stilte.
Slik mijn woorden
Ik verdwijn geruidsloos
Verzwijg woordenboeken
Doe alsof jouw stem me niet raakt
en jouw woorden als lucht langs me heen gaan.
Alsof.
Elke beweging
lijkt een dans
waarin we voorzichtig
langs elkaar strijken.
Je hand langs mijn arm,
mijn voet tussen jouw benen,
De lucht langs ons gezicht.
De kus ergens hangend.
Zo wandelen we door de tijd.
Zo praten we ook.
Langsheen.
Enkel onze ogen
blijven hangen,
sleuren elkaar naar
de dieptes
van ons verlangen.
De dronken racist knikte enhousiast toen de geimmigreerde Turk zich in hun gesprek mengde.
Dat het homohuwelijk een waanidee was, en dat de wet deed alsof er hen rechten werden toegekend, maar dat dat niet zo was.
En dan dat maar goed was zo.
Ze keken elkaar aan, glimlachten, en kankerden verder.
Zou het dat een encounter jouw lymbisch systeem uit equilibrum brengt?
Voor ons, kinderen van het postmodernisme, zijn er geen betrede paden meer, alleen een uitgestrekte oppervlakte waardoor we onszelf maar een weg moeten zien te banen.
GVH
Daar waar
parallellen elkaar kruisten
ontmoetten we elkaar,
in de onmetelijke ruimte van het niets.
Dat het niets was geworden
niets was geweest
En dat dat niets was.
De kortste samenvatting.
Alles aan je
verdween met de snelheid van het licht
in een zwart gat.
Alles.
Behalve je herinnering.
Ze kijkt me aan.
De dingen zijn niet anders dan 6 maanden eerder
toen ik vroeg hoe het was
en ze antwoordde ‘Goed’
omdat dat was wat de mensen verwachtten.
Ik kijk haar aan
en begrijp niet.
Dat het ok was, wou ik zeggen.
Ok, om ‘Niet ok’ te zeggen.
Zijn we elkaar eindeloos verloren,
daar waar we woorden vertalen naar blikken
en intussen blind geworden
elkaar niet meer durven verstaan?
Hoe dun is de lijn
tussen nu en straks
tussen illusie en realiteit.
tussen jou en mij
Waarom nemen we nooit genoegen met het
rustige voortkabbelen van het niets
Lag de moeilijkheid misschien gewoon in het niet kunnen loslaten?